One of Us

Zoals we hebben afgesproken, gebruik ik een populair liedje om iets duidelijk te maken wat past bij geloven in Lansingerland. Deze keer het liedje One of Us:

If God had a name what would it be? And would you call it to his face? If you were faced with Him in all his glory what would you ask if you had one question?
What if God was one of us? Just a slob like one of us? Just a stranger in the bus, trying to make His way home?

De vraag die het liedje stelt is deze: wie is mijn naaste? Wat als ik God zou ontmoeten in die vreemdeling die ik in de bus tegenkom? Er zit een link in naar het verhaal van de barmhartige Samaritaan uit de Bijbel, wat je in Lucas 10 vindt. Daar vragen de kerkleiders aan Jezus ‘hoe krijg ik eeuwig leven?’ Jezus laat hen dan de kern van de wet opdreunen: heb God lief en je naaste als jezelf. En dan klinkt ook hun vraag: wie is mijn naaste?
Jezus vertelt dan een verhaal: hoe een reiziger werd overvallen en neergeslagen en voor dood langs de weg komt te liggen. Hooggeplaatste kerkleiders trekken langs, maar laten de man links liggen. En dan komt er een buitenlander, die ook nog eens buiten de kerk leeft, die hem verzorgt en hem naar een logement brengt. En deze man vraagt de eigenaar van het logement om tegen goede betaling voor de man te zorgen. Wie is dan de naaste van die man geweest? De kerkleiders kunnen niet anders dan constateren: ja die ene man, natuurlijk. Die was echt een naaste voor de neergeslagen man. Jezus zegt dan ‘doe jij dan voortaan net zo’.
En die opmerking klinkt door in het liedje One of Us: kun je eens om je heen kijken voor wie jij een naaste zou kunnen zijn? Dus niet: wie is voor mij een naaste, maar voor wie zou ik een naaste kunnen zijn? Want stel dat ik God ontmoet in die vreemdeling in de bus, of in die alleenstaande moeder die een paar huizen verder woont en die worstelt/worstelde met het thuisonderwijs, of in die vereenzaamde oudere buurman van een straatje verder, of in die dakloze die de kou moet trotseren? Stel dat ik voor hem of haar een naaste zou kunnen zijn en ik heb het niet gedaan?
Op een andere plek zegt Jezus: wat je voor de minsten hebt gedaan, heb je voor mij gedaan en dat zal ik meenemen en belonen. Wil jij zo voor iemand in je omgeving een naaste zijn? Natuurlijk, ik weet ook wel dat je om die vraag positief te beantwoorden een beetje een geweten moet hebben dat de nood van de ander in je hart laat binnenkomen. Maar zou je daar eens over na willen denken?
Want de goede boodschap van Jezus gaat natuurlijk ook over God dienen, jawel. Maar als je je naaste niet dient en geen naaste bent voor elkaar, dan leef je niet volgens de goede wil van Jezus. Goede wil, omdat Hij daarmee je welbevinden op het oog heeft. Dat maakt het christelijk geloof zo ontzettend goed toepasbaar voor veel mensen. En dat leer je zomaar van een liedje als One of Us.

Arjan Wilschut
predikant De Bron, Berkel en Rodenrijs