Wie is de mol? ‘Ik ben het toch niet?’

Ik wil het coronavirus even laten rusten en het over iets anders hebben. En wel over de vraag: Wie is de mol? Nu weet u wanneer u dit leest het antwoord op deze vraag (tenminste: u zou dat kunnen weten), terwijl ik het op het moment dat ik dit schrijf nog niet kan weten. De deadline is namelijk de vrijdag voor de zaterdag van de grote bekendmaking. Voor afgelopen zaterdag dus (hoewel ik er al weken vrij zeker van ben dat het Buddy is! Dat klopt toch?).
Even voor de mensen die niet weten waar bovenstaande regels over gaan een toelichting. Wie is de mol? is een tv-programma. Een groep kandidaten is een paar weken in een vreemd land. Via het uitvoeren van opdrachten kan er geld worden verdiend. Maar er is één probleem: één van de kandidaten is De Mol. Hij (of zij) probeert via allerlei slinkse mollenstreken te voorkomen dat de groep veel geld wint, zonder dat het duidelijk is dat hij de verrader is. De grote vraag die allen bezighoudt is dan ook: Wie is toch de mol? Welke kandidaat is die vijand die zich voordoet als een vriend? Degene die dat goed heeft, wint.
Het programma Wie is de mol? is twintig jaar oud. Maar al ongeveer 2000 jaar daarvoor werd dezelfde vraag gesteld. We zijn een paar uur voor het moment dat Jezus zal worden gevangen genomen en gekruisigd. Hij viert met zijn vrienden de joodse sedermaaltijd en zegt zo ongeveer dit: ‘We lijken wel een groep vrienden die in vrede bij elkaar zitten, maar dat is maar schijn. Eén van jullie zal mij namelijk verraden!’ Anders gezegd: één van jullie is de mol!
Dat is natuurlijk geen fijne boodschap om te horen. Integendeel, zo’n bericht komt binnen. Maar het is opvallend hoe de vrienden van Jezus reageren. In het bijbelboek Markus staat dat ze niet naar elkaar wijzen, in de trant van: ‘Petrus zal het wel zijn! Of die Thomas, die heeft een typische mollenhoofd.’ Ze reageren anders. Ze vragen: ‘Ik ben het toch niet?’ Dat is hun grootste angst. Zij kennen zichzelf. Zij zouden zelf zomaar een verrader, een mol kunnen worden. Voor geld, uit angst of teleurstelling bijvoorbeeld. Zij, die mannen weten iets waardevols. Het kwaad komt lang niet altijd van buiten. Het komt lang niet altijd bij de ander vandaan, het zit ook vanbinnen. Jezus lijdt ook door het kwaad dat komt van binnenuit, vanuit zijn eigen groep. Maar ook die ‘mollenstreken’ draagt Hij weg. Juist bij Hem kunnen we onszelf in alle eerlijkheid onder ogen komen. Zijn vergeving vormt de goede basis om ook onszelf te vergeven. En welke mol verlangt daar nou niet naar?

Ds. Aaldert Gooijer
Dorpskerk Berkel en Rodenrijs