Wie is wethouder Jan-Willem van den Beukel?

Lansingerland – Tijdens de gemeenteraadsvergadering van donderdag 20 februari jl. is Jan-Willem van den Beukel beëdigd als CDA-wethouder in het college van b. en w. Hij volgt daarmee Albert Abee op, die vertrok naar gemeente Westland. We vroegen ter nadere kennismaking wie Van den Beukel is, waar hij voor staat en hoe hij naar de toekomst kijkt.

Freek J. Zijlstra

Anders dan zijn voorganger woont Jan-Willem van den Beukel (38) gewoon in de Wilhelminastraat in Berkel en de roots aan vaderskant blijken ook nog eens in Berkel en Rodenrijs te liggen. Inmiddels wonen Jan-Willem en zijn vrouw Eline al weer 10 jaar in Berkel-Dorp en nemen volop deel aan het maatschappelijk leven. “We hebben een heerlijk levendig gezinsleven met vier jongens, Benjamin (10), Jan (8), Constantijn (6) en David (3). De oudste drie gaan naar de Prins Johan Friso (PJF) basisschool en de jongste gaat naar de peuterspeelzaal. De oudsten zijn na de opheffing van de Prins Maurits basisschool naar de PJF gegaan. Ik zat in de medezeggenschapsraad van de Prins Maurits en heb me nog ingespannen voor het langer openhouden van die school toen het leerlingenaantal onder de opheffingsnorm kwam.” Familie Van den Beukel is actief lid van kerk De Ark en Eline studeert op dit moment nog theologie. Jan-Willem is lid van de wijkvereniging en de historische vereniging. Er wordt door de oudste gevoetbald bij CVV Berkel, waarbij vader regelmatig langs de zijlijn is te vinden. “Het is goed en leuk je te verbinden met de gemeenschap waarin je woont.”

Natuurbeheer

Jan-Willem van de Beukel groeide op aan de rand van het Lage Bergse Bos. Hij ging in Rotterdam-Hillegersberg naar de basisschool en vervolgens naar het Marnix Gymnasium In Rotterdam. Opa van den Beukel was tuinder aan de Klapwijkseweg in Berkel, de plek waar ook de vader van Jan-Willem opgroeide. Een oom zette het bedrijf van opa voort, verkocht de grond, en nu is daar de woonwijk Weidebuurt / Goudenbuurt voor in de plaats gekomen. “Ik kwam als jongen bij oma op bezoek toen ze in Hergerborch woonde. Mijn opa was politiek actief en kwam in 1954 in de gemeenteraad van Berkel. Ik mag nu een beetje in zijn voetsporen treden. Mijn moeder groeide op in de Veluwe, misschien komt mijn passie voor de natuur wel mede daarvandaan. In elk geval ook via mijn lidmaatschap van de waterscouting aan de Bergse Voorplas, waar ik genoot van het zeilen en buiten zijn. Dat alles heeft ertoe bijgedragen dat ik niet zoals veel vrienden naar de Erasmus Universiteit ben gegaan, maar in Wageningen Bos- & Natuurbeheer ben gaan studeren. Daar is het besef doorgedrongen dat we zorgvuldig kunnen en moeten opereren binnen de ruimte die de natuur ons biedt. Mijn belangstelling hoe we dat met elkaar doen en tot besluitvorming komen is toen gewekt. Daar wil ik mijn talenten aan wijden. Vervolgens heb ik mijn eerste praktijkstage bij een milieuorganisatie in Brussel gedaan en mijn tweede praktijkstage bij de CDA-fractie van de Tweede Kamer. Mijn eindscriptie ging over de Maasvlakte als Natura 2000 gebied.”

Verantwoordelijkheid dragen

Van den Beukel kreeg een aanstelling als beleidsmedewerker bij de Tweede Kamerfractie van het CDA en zette zijn eerste schreden op de beleidsterreinen landbouw, natuur, ruimtelijke ordening, verkeer en waterstaat, duurzaamheid en energie.” Een logische volgende carrièrestap was het onderzoeken van de rol van het bedrijfsleven bij de circulaire economie. Daartoe kreeg hij de gelegenheid als senior manager bij PriceWaterhouseCoopers. “In de acht jaar dat ik daar gewerkt heb, ben ik toch een bedrijfskundige geworden,” zegt Van den Beukel. “ “Bedrijven uit uiteenlopende sectoren, van hightech tot bouw, chemie en de publieke sector vroegen me om strategisch advies over de vraag: hoe kan ik onderdeel worden van de circulaire economie? Wat is de business case? Hoe organiseren we circulaire afvalketens en plastics?”
Jan-Willem van den Beukel vindt zijn overstap naar het dragen van verantwoordelijkheid in een lokaal bestuur een prachtige volgende halteplaats in zijn carrière. Binnen het CDA Lansingerland lijkt hij uit het niets tevoorschijn te zijn gekomen, maar niets is minder waar. Hij stond bij de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2018 dan wel op een onverkiesbare middenpositie op de groslijst, maar had zichzelf daar laten plaatsen. “Ik was net vorige week twintig jaar lid van het CDA. Ik hou wel van een beetje loyaliteit! Ik deed voor het CDA Lansingerland al klussen op projectbasis en was lid van de kandidatenselectiecommissie. Gemeenteraadsleden zijn volksvertegenwoordigers met passie voor de politiek, mensen van goede wil met goede intenties, die vanuit verschillende gezichtspunten iets voor de samenleving willen bereiken. Dat kost veel tijd en is vaak lastig te combineren met een drukke baan en een jong gezin.”

Identiteit

Op de vraag of de C van het CDA voor Van den Beukel staat voor Christen, Compassie, Charisma en een combinatie ervan, antwoordt hij beslist: “Christendemocratisch! Voor mij zijn de vier uitgangspunten, namelijk rentmeesterschap, het spreiden van verantwoordelijkheid, solidariteit en rechtvaardigheid de leidraad van mijn politiek handelen. Christendemocratisch daaraan is dat ze een politiek antwoord vormen op de boodschap van het Evangelie. Maar let op, als je je in die uitgangspunten kunt vinden, of je nu atheïst, agnost, anders-gelovig of christen bent, dan ben je welkom bij het CDA. Vervolgens staat het iedereen natuurlijk vrij om persoonlijk met de C van het CDA te associëren.”
Jan-Willem van den Beukel stapt in een rijdende trein, waarvan de richting is bepaald en over twee jaar een stop maakt. Beperkte tijd dus om zich te onderscheiden en zijn stempel op onderdelen van het beleid te drukken. De kaders van dat beleid liggen vast in het coalitieakkoord waaraan hij gehouden is. Hij wil niet in detail reageren op zijn wijze van invulling van dossiers, zoals de aansturing van de besteding van de Eneco-gelden en de duurzaamheidsopgave. “Ik ben me nog aan het inlezen en in de materie aan het vastbijten. Er liggen inderdaad grote projecten te wachten, zoals Wilderszijde, Bleizo, de verdere ontwikkeling van de glastuinbouw en hoe vorm wordt gegeven aan klimaatadaptatie. Het gaat er niet om hoe ik me ga onderscheiden. Ik ben wie ik ben. Er ligt een berg werk. Het is van belang dat we de visies die in stapels papier zijn vastgelegd, vorm gaan geven. De energietransitie is een enorme onderneming, en dat moeten we samen doen, met lokale trekkers zoals het Duurzaamheidsplatform, maar uiteindelijk de hele samenleving, van jong tot oud.”