Oscar Bodewes gefascineerd door bijen

"Ik kom graag langs om te vertellen hoe nuttig bijen zijn”

Berkel en Rodenrijs - Oscar Bodewes was altijd al gefascineerd door bijen en besloot een cursus voor imker te gaan volgen. Het heeft totaal niets met zijn eigenlijke beroep als risicomanager te maken, al loopt hij wel het ‘risico’ te worden gestoken! “Dat gebeurt gelukkig zelden, want als imker draag je speciale kleding om je er tegen te beschermen”, zegt hij. Maar wat fascineert hem dan zo?

John Hofman

Aangezien hij niet beschikt over een grote achtertuin, nam hij contact op met de gemeente Lansingerland met de vraag of deze geen plekje voor hem had in Berkel en Rodenrijs waar hij enkele bijenkasten kon plaatsen om daar zijn hobby uit te oefenen. Die plek heeft hij inmiddels gekregen nabij de Groenzoom. Met een afgesproken aantal bijenkasten, want biodiversiteit is erg belangrijk. Bijen zijn goed voor de natuur. Naast honing zorgen ze ook voor een goede bestuiving van bloemen en planten in de omgeving. Inmiddels is hij er regelmatig te vinden. “Heel gezellig overigens, want er lopen veel hondenbezitters en die komen vaak even een praatje maken en tonen interesse voor mijn hobby. Ik neem daar graag de tijd voor, zoals ik ook bereid ben om mijn kennis van bijen te delen, dus als er mensen, scholen of instellingen zijn die interesse hebben, dan wil ik er graag over komen praten.”

50.000

In één bijenkast zitten er in de zomer zo’n 50.000 bijen. “Van al dat gezoem word ik heel rustig. Je zit als het ware in je eigen wereldje en eigenlijk ben je het hele jaar door bezig met allerlei dingen.”
Na de winter gaat een koningin eitjes leggen. Maximaal 2000 per dag. In de zomer leeft een bij zes weken en in de winter kan dat soms vijf maanden zijn. Dan blijft het bijenvolk stabiel. Hun zoekgebied is ongeveer drie kilometer, want er hoeven niet per se veel bloemen rondom de kasten te staan. Ze gaan er zelf op uit om de nectar uit de bloemen te zuigen. Ze zijn altijd in beweging.
Oscar: “Je moet de kasten wel goed onderhouden en er regelmatig gaan kijken. Als er iets aan de hand is kan ik meteen ingrijpen. Denk aan ziektes, of dat het bijenvolk meer ruimte nodig heeft. De koningin (er is er altijd maar één op een heel bijenvolk, red.) kan uiteraard ook ziek worden. De nectar die ze uit de bloemen halen slaan ze op in honingkamers. Als deze vol zijn dan verzegelen de bijen deze kamers en dan weet ik: ze zijn goed. Ik neem de ramen/raten mee naar huis en ontzegel deze, waarna ze in een speciale ‘centrifuge’ gaan waardoor de honing uit de raten komt en ze wordt opgevangen. Omdat de nectar/honing bij de bijen is weggehaald, worden ze bijgevoed met suikerwater om de winter door te komen. De bijen zitten in de winter dicht opeen om een goede temperatuur in de kast te houden en dus te overleven. Dat is allemaal zo fascinerend! Ik hou wel goed in de gaten of er steeds voldoende voedsel in de kasten zit."
Soms gaat zijn zoon ook mee om de bijen te verzorgen. Uiteraard ook in beschermende kleding. Imker in de dop, zeg maar.

Verschil in smaak

Oscar Bodewes is aangesloten bij twee imkerverenigingen. Hij leert daardoor nog steeds bij. “Het is een intensieve hobby en er gaat veel tijd in zitten.” De honing doet hij in kleine potjes en plakt daar zijn eigen etiket op: ‘Berkelse Honing’ staat er op. De lente- of zomerhoning smaakt verschillend en is anders van kleur. Het is tenslotte niet voor niets een natuurproduct. Uiteraard is de honing te koop en nadat we ze konden proeven is er maar één conclusie: prima en goed van smaak. Wilt u ze bestellen? Tel. 06 - 419 60 504. “Het is best een dure hobby dus verdien je er niets aan, maar ik wil anderen er ook van laten genieten en bovendien is het gezond."